Guy publiceerde gedichten, proza, recensies en gedichten in meer dan vijftig tijdschriften, o.a. Appel, Avenue (Ned.), Argus, Anderland, Scheppend Ambacht (Ned.), Boulevard, Deus ex Machina, Kruispunt, Toestanden, Dimensie, Venus 14, De Periscoop, Trefpunt, De Lezerskrant (Ned.), Optima (Ned.), DW&B, Heibel, Yang, Bres (Ned.), Ballustrada (Ned.), De Vlaamse Gids, Diogenes, Mandragora, Kreatief , Vlaanderen, De Nieuwe, Gierik/NVT, De Periscoop, Kunst & Cultuur, Vandaag, Zefier, Zenith, Koebel, Initiatief, Vlaams-Pools Kontakt, Witte Bladen, Nieuwe Stemmen, Creare, Knack, De Nieuwe Gemeenschap, Studium Generale (Ned.) , De Houten Gong, Portulaan, Weirdo's, De Vrijzinnige Lezer, ART04, De Auteur, WEL, Ambrozijn, Tijdschrift VKH, Dighter, Verba, PEN-Tijdingen, Letter 10, Sigma (Polen), Sources (Walloni' ), De Geletterde Mens, Brutaal, Jazzhalo, Tijdschrift Hugo Raes-kring, Wielergedichten.blogspot, Mededelingen van het Centrum voor Documentatie & Re'valuatie.
Zijn eerste publicaties waren twee korte verhalen in 1961 en artikels in de cultuurbladzijden van Gazet van Antwerpen vanaf 1962 over Subjectieve fotografie, Van Ostayen, Karel van den Over, Graham Greene.
Recensent voor o.a. het Nederlands Bibliotheek en Lectuur Centrum (Den Haag, 1973-1989), De Vrijzinnige Lezer.
Prijzen : ontving o.m. de Poëzieprijs van de stad Sint Truiden, 1978, en de Poëzieprijs van de stad Blankenberge, 1980.
Samensteller van de bloemlezing Met niet minder dan zoveel woorden ( Den Hopsack, 1999), Een plaats onder de maan. Vijfendertig jaar Lit. Caf' Den Hopsack ( 2007). In Lit. Caf' Den Hopsack organiseerde hij tientallen literaire optredens van bekende en minder bekende auteurs. Guy van Hoof schreef teksten voor o.a. 750 jaar Begijnhof Diest (2003), Foto's met vleugels (2006), Stan Ockers. Van Borgerhout tot Frascati (2006) en voor kunstfotografieën over Alfons Vermeir (1968), Victor Renty (1969), Jan Cockx (1971), de etser Ren' De Coninck (1972, Engelse tekst), Beatrice Papeians de Morchoven (1972), Jan Hoogsteyns (1980), Gerard Vanhove (1981), Marcel Coolsaet (1985), Johan Deboes (1989), Toen viel de toren (Willie Cools (1998), De sprong in de ruimte (W.Cools, 2003), Willy Van Eeckhout (2003), Tector (2008, Engelse tekst), Zoekende mens. Over Marcel Coolsaet (2009).
Guy van Hoof publiceerde verscheidene essays: De Nieuwe Romantiek (bloemlezing/essay, 1981), Literaire Gids voor Antwerpen (1985), Aan wat overblijft heb ik genoeg (over Th. Deleu, 1986), De vrijheid heeft maar ''n gezicht (over Frans Buyens, 1989), Als een jager in zijn grondgebied ( over Th. Deleu, 2002), Recht van spreken (over Rik Wouters, 2002), Een schilder met woorden. Interviews met Willem M. Roggeman ( 2010), De trage zandloper van het geluk. Over Frank Decerf ( 2013).
Was bestuurslid van de tijdschriften Boulevard, Gierik, Kruispunt, Mandragora, Zefier, Dimensie, Deus ex Machina, De Vrijzinnige Lezer, De Houten Gong, Brutaal, Atlantis. Werkt momenteel mee aan o..a. De Auteur, Portulaan, ART04, Weirdo's, Verba. Bestuurslid Vereniging van Vlaamse Letterkundigen en lid PEN-Vlaanderen.
Poëzie werd opgenomen in de belangrijkste bloemlezingen o.a.: Stemmen uit het dorp (1978), Gedichten 1978, Naar Morgen (1971 en 1979), Reisoogst ( 1980), Zeventig voorbij. Een keuze uit tien jaar Vlaamse jongerenpo'zie (1979), De Muze zingt in het Zuiden (1981), Po'tisch Bericht (1994), Van alle stijlen thuis (1997), Oudenburg (1999), Omtrent verkavelingen (1999), Antwerpen.De stad in gedichten ( 2003), Ook wij waren winnaars. Sportgedichten uit Vlaanderen en Nederland ( 2005), Hotel New Flanders. 60 jaar Vlaamse po'zie 1945-2005 ( 2008), Boem Paukeslag! De mooiste muziekgedichten ( 2011), Dichter bij Gierik (2010), Klaprozen en kamermuziek. Tien dichters uit Nederland en Vlaanderen (2010), Spiegels, bakens. Zes dichters ( 2012), Teater van die verlore Tijd. Theater van de verloren tijd. Breedevallei dichters ( Zuid-Afrika 2013), Dichter bij beeld. Middelheim (2014), De 100 mooiste wielergedichten uit de Vlaamse & de Nederlandse Literatuur ( 2014).
Bundels o.a. In je onuitsprekelijke wildernis van wit (1973), Zonder requiem (1972), Gelukkig werd het weer een heel fijn weekend (1979), Verschuivingen (1981), Niets zeggen (gedichten en tekeningen,1985), De wetten van Copernicus (1988), Bestand (1993), Bij de Tijd (gedichten en tekeningen, 1993), Vrouwen (1996), Olympia.( Bibliofiele map 2003), Wat je niet verwacht (2005), Zwarte Vijvers (tweede druk,2005), Bekentenissen (2006).
Vertalingen van gedichten in het Frans, Engels, Duits, Pools, Afrikaans, Indonesisch, Roemeens. Hij werkte samen met kunstschilder Willy Van Eeckhout aan een serie palimpsesten, samen met Frans Boenders en Willem M. Roggeman.In Geraardsbergen aan de Vesten werd het gedicht Tifosi in steen uitgehouwen.